EEN KEUZE UIT PERSBESPREKINGEN VAN DE GESCHIEDENIS VAN HET DENKEN
Trouw:
Klukhuhn weet waarover hij praat. Om een boek te kunnen schrijven dat ook maar enigszins recht doet aan zo’n titel moet je wel over encyclopedische kennis beschikken. Aan die voorwaarde voldoet de schrijver André Klukhuhn.
Filosofie Magazine:
Een auteur die zijn boek de titel De geschiedenis van het denken. Filosofie, wetenschap, kunst en cultuur van de oudheid tot nu meegeeft, heeft een belofte in te lossen. André Klukhuhn slaagt daar wonderwel in. Met zorgvuldig gekozen stappen voert hij de lezer door de geschiedenis. Hij legt verrassende dwarsverbanden en laat zien dat de geschiedenis van het denken meer is dan de ontwikkeling van de filosofie. Wetenschap, kunst, literatuur en filosofie werken voortdurend op elkaar in, verwisselen steeds van rol ‒ en dat alles volgens patronen die Klukhuhn op fascinerende wijze weet te duiden.
Het Algemeen Dagblad:
De Utrechtse wetenschapsfilosoof en scheikundige André Klukhuhn staat in zijn ontzagwekkende boek De geschiedenis van het denken stil bij nagenoeg alle stromingen en vormen van denken uit onze geschiedenis. Van de klassieke Grieken en Romeinen via de Arabische oudheid tot de overgang naar het derde millennium. Klukhuhn schrijft er soepel en helder over zonder het denken ‒ het vertrekpunt en de essentie van alle filosofie, wetenschap en kunst ‒ moeilijker te maken dan het is. Hij citeert veelvuldig uit de literatuur, legt soms triviale, maar logische verbanden, is kritisch en heeft gevoel voor humor. Geen boek om in één ruk uit te lezen, maar om steeds weer opnieuw te pakken met de gedachte: hoe zat dat ook weer? Deze geschiedenis van het denken hoort in elke boekenkast.
De leunstoel:
Ook slaat Klukhuhn elke keer weer verrassende wegen in door treffende interpretaties. Daarom snap ik zijn epiloog niet helemaal. In een citaat weergegeven: ‘We zullen moeten inzien dat we een natuurlijke uiting zijn van een dieper liggende orde. Uiteindelijk zullen we in onze scheppingsmythe ontdekken dat we toch te verwachten waren.’ Toch een vorm van intelligent design? Maar dat zij hem vergeven met het schrijven van dit meesterwerk.
Opspraak:
Klukhuhn is bezeten van het verlangen de wereld en de mens te begrijpen en maakt zich door zijn meeslepende schrijfstijl deelgenoot van zijn reis door de eeuwenlange zoektocht van de menselijke geest. Af en toe duizelt het de lezer en kan hij in slechts twee zinnen via de humor van Godfried Bomans bij Friedrich Nietzsche belanden. Ik was altijd al geboeid door de onuitputtelijke verscheidenheid aan menselijk denken, maar heb een even onuitputtelijke aanjager gevonden voor die momenten waarop het enthousiasme dreigt te bekoelen. Een pil die ik als onweerstaanbare lekkernij heb genoten ‒ nu eens schrokkerig en inhalig vanwege de uitdagende en meeslepende betogen, dan weer stilletjes zuigend en genietend van de verfijnde smaak en de knappe nuances. Natuurlijk is er vanuit verschillende invalshoeken kritiek mogelijk. Maar wie dit werk met empathie leest kan uren genieten. Hier geldt maar één advies: lezen en herlezen!
De Volkskrant:
De kwantumtheorie, de bio-industrie, het existentialisme, de relatie tussen bewustzijn en taal, zwarte gaten, wormgaten en de oerknal: you name it en het staat erin ‒ en nog helder uitgelegd ook. Het hoofdstuk over het fascinerende verschijnsel ‘serendipiteit’ en dat over de grote natuurwetenschappelijke theorieën zijn een feest om te lezen. Hier is de schrijver op zijn best. Opvallend genoeg weet hij in deze hoofdstukken zijn citeerdrift binnen de perken te houden, het lijkt wel of hij zich hier zekerder van zijn zaak voelt en niet voortdurend steun hoeft te zoeken bij min of meer erkende autoriteiten. Goethe, veelvuldig door Klukhuhn geciteerd, zei het al: ‘In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister.’
Het Parool:
Al die kostbare leestijd zit je het idee dwars dat dit boek beter Portret van de denker als bluffer had kunnen heten.